Kan ik eerder met pensioen?

Ja, dat kan, eerder met pensioen gaan is mogelijk. Maar houdt er wel rekening mee dat eerder met pensioen gaan veel geld kost. Ook zijn er verschillende regels waar je rekening mee moet houden.

In een eerder blog schreef ik al over de aanpassingen in pensioenregelingen naar de nieuwe pensioenleeftijd van 68 jaar, wat nadelig uitpakt voor werknemers. Zou jij graag eerder dan op leeftijd 68 met pensioen gaan?

In dit artikel lees je een aantal belangrijke dingen waar je rekening mee moet houden als je eerder met pensioen gaat.

Als je eerder met pensioen gaat bouw je minder pensioen op

En dat is logisch. Iedereen begrijpt dat als je eerder met pensioen gaat, dat je dan ook minder pensioen opbouwt.

Maar hoeveel minder dan? Dat verschilt per pensioenregeling en per individuele situatie. Om je een indruk te geven gebruiken we een voorbeeld op basis van de pensioenregeling van Pensioenfonds ABP, waar een ambtenaar met pensioen wil gaan op zijn 65e in plaats van de pensioenleeftijd van 68 jaar die op zijn pensioenoverzicht staat.
Deze werknemer werkt nu fulltime en heeft een salaris van € 43.350 per jaar. Op zijn pensioenoverzicht staat dat hij tot zijn 65e € 20.000 pensioen heeft opgebouwd en dat het te bereiken pensioen € 21.687,50 bedraagt op leeftijd 68. Samen met een AOW van € 9.500 per jaar bereikt deze ambtenaar een pensioen van ruim 70% van het huidige salaris.

In de pensioenregeling van ABP bouw je geen pensioen op over de eerste € 13.350 salaris (dit bedrag noemen we de AOW-franchise). Over het bedrag boven de franchise bouw je elk dienstjaar 1,875% aan jaarlijks pensioenrecht op.

De werknemer in ons voorbeeld wil 3 jaar eerder met pensioen gaan en mist dus 3 opbouwjaren van pensioen. Elk opbouwjaar zou er 1,875% van € 30.000 (namelijk 43.350 -/- 13.350) opgebouwd worden. Elk jaar € 562,50 dus, waarmee deze ambtenaar totaal € 1.687,50 aan pensioenopbouw misloopt.

Eerder stoppen met werken betekent dus dat het pensioen verlaagd wordt van € 21.687,50 naar € 20.000.

Met dit voorbeeld hebben we echter alleen nog maar laten zien wat het gevolg is van je pensioen als je eerder stopt met werken. De tot leeftijd 63 al opgebouwde pensioenen gaan gewoon pas uitkeren vanaf leeftijd 68. Het pensioen moet ook nog 3 jaar vervroegd worden om eerder met pensioen te kunnen gaan.

Eerder met pensioen gaan betekent dat je pensioen langer moet uitkeren

Eerder het pensioen laten ingaan betekent dat er langer uitgekeerd gaat worden. Het pensioen moet namelijk verplicht levenslang uitkeren en het is dus niet mogelijk om je pensioen ook eerder te laten stoppen.

Omdat het pensioenfonds langer een pensioen aan je moet uitkeren als je eerder met pensioen gaat, wordt je pensioen flink verlaagd. Bij pensioenfonds ABP wordt je opgebouwde pensioen met 17,9% verlaagd als je op je 65e het pensioen laat ingaan in plaats van op je 68e.

In het voorbeeld van de ambtenaar die 3 jaar eerder met pensioen wil gaan, betekent dit dus dat zijn pensioen verlaagd wordt met € 3.580 naar € 16.420.

Totaal wordt zijn pensioen dus ongeveer 25% lager doordat hij 3 jaar eerder met pensioen gaat.

De verhouding bruto-netto is ongunstiger als je nog niet AOW-gerechtigd bent

Vanaf het jaar nadat u de AOW-leeftijd bereikt hebt, betaalt u geen AOW-premie meer. Over uw bruto inkomen tot € 34.404 (2018) houdt u dan netto veel meer over dan wanneer u de AOW-gerechtigde leeftijd nog niet bereikt heeft. In plaats van 36,55% over de eerste € 20.142 en 40,85% over de volgende € 14.262 inkomen, betaalt u 18,65% over de eerste € 20.142 en 22,95% over de volgende € 14.262 inkomen.

Door uw pensioen te vervroegen, loopt u dit voordeel mis en houdt u uiteindelijk netto dus minder over van uw opgebouwde pensioen dan wanneer u het pensioen niet zou vervroegen.
Als u voldoende spaargeld heeft kan het dus interessant zijn om daarmee de periode tot uw AOW-leeftijd te overbruggen, daarmee bent u vaak voordeliger uit dan wanneer u uw pensioen vervroegt en het spaargeld bewaart voor later.

Je AOW-pensioen kan niet vervroegd ingaan

Hoewel er regelmatig gepleit wordt voor invoering van een flexibele AOW-leeftijd, kan voorlopig het AOW-pensioen niet vervroegd worden opgenomen.

Dat betekent dat als je eerder met pensioen gaat, je het een aantal jaar zonder de AOW-uitkering moet doen.  De ambtenaar in ons voorbeeld valt dus terug van € 43.350 salaris naar € 16.420 pensioen (in plaats van +/- € 31.150 pensioen). Een terugval in inkomen van meer dan 60% dus.

Deze periode kun je overbruggen door spaargeld op te nemen. Als je niet genoeg spaargeld hebt, of er liever niet aan komt, dan is er nog een andere optie.

Je kunt een AOW-overbrugging opnemen in ruil voor minder levenslang pensioen

De meeste pensioenregelingen bieden de mogelijkheid om vervroegd pensioen op te nemen én te kiezen voor een tijdelijk hoger pensioen. Deze keuzemogelijkheid is wettelijk verplicht voor het deel van het pensioen dat vanaf 1 januari 2002 is opgebouwd. De maximale verhouding tussen het hoge en het lagere pensioen is 100:75, maar in de periode voorafgaand aan de AOW-datum mag -op basis van de Pensioenwet artikel 63 lid 2- naast deze verhouding een bedrag tot twee maal de bruto AOW voor gehuwden als extra overbrugging worden opgenomen.

Dit hoge tijdelijke pensioen wordt verkregen door een deel van het levenslange pensioen te ruilen. Je krijgt dan dus tijdelijk een hoger pensioen, maar daarna levenslang een veel lager pensioen dan je oorspronkelijke pensioenbedrag.

Ter indicatie: de ambtenaar van het eerder gebruikt voorbeeld zou op die manier zijn levenslange pensioen a € 16.420 per jaar kunnen ruilen voor een tijdelijk pensioen a € 38.000 tot leeftijd 68 maar in ruil daarvoor wordt het pensioen vanaf leeftijd 68 dan € 13.500 per jaar.

Keuze voor vervroegd pensioen is niet terug te draaien

Heeft u eenmaal uw pensioen vervroegd, dan kunt u dat niet meer terugdraaien. U zit dus aan de vervroegde pensioenuitkering vast en kunt deze niet alsnog uitstellen tot je oorspronkelijke pensioendatum. Hierboven heeft u kunnen lezen welke financiële consequenties het vervroegen van pensioen heeft. Ga dus zeker niet over één nacht ijs bij het nemen van een besluit over eerder met pensioen gaan.

Wel bestaan er soms mogelijkheden om opnieuw aan de slag te gaan of meer te gaan werken.

Toch werken na vervroegen pensioen?

Wilt u gedeeltelijk blijven werken en gedeeltelijk met pensioen, of bent u vervroegd met pensioen gegaan en wilt u alsnog weer gaan werken? Houdt er dan rekening mee dat niet zomaar alles mag, de formele regels vindt u op de website van de Belastingdienst.

Als u voor 2015, of meer dan 5 jaar voor uw verwachte AOW-leeftijd vervroegd met pensioen bent gegaan, dan gelden een aantal beperkingen. Grofweg komt het op het volgende neer:

  • Vervroegd pensioen opnemen gaan moet in gelijke mate zijn met stoppen met werken. U kunt dus de helft van uw pensioen vervroegd opnemen als u maximaal voor 50% blijft werken.
  • Wilt u op een later moment alsnog (meer) gaan werken, dan is overleg met de belastingdienst raadzaam. Als de inspecteur van de belastingdienst in zo’n geval namelijk vindt dat de intentie om (meer) de gaan werken al bestond toen het pensioen vervroegd in ging, zal de volledige waarde van het pensioen ineens belast worden vermeerderd met een heffing van 20% revisierente.

Tip: zorg voor inzicht in de ontwikkeling van inkomsten en uitgaven

Of eerder met pensioen gaan financieel haalbaar is, hangt niet alleen af van hoeveel pensioen u ontvangt. Mogelijk heeft u de hypotheek voor een groot deel afgelost, of zijn andere grote uitgaven weggevallen, zoals bijvoorbeeld de premie voor een lijfrenteverzekering.
Andersom kan natuurlijk ook, als u bijvoorbeeld nog verhuisplannen heeft (kunt u dan de benodigde hypotheek nog wel krijgen) of voor andere grote uitgaven staat.

Door middel van een financieel plan komt u erachter of het voor u haalbaar is om eerder met pensioen te gaan.